Netherlands

Welke veranderingen brengt Prinsjesdag voor de Zorgverzekeringswet?

 

Jaarlijks worden er op Prinsjesdag een aantal belangrijke zaken rondom de zorgverzekering en zorgverzekeringswet bekendgemaakt. Zoals de hoogte van het verplichte eigen risico en de uitbreidingen of beperkingen van het zorgverzekeringspakket. Daarnaast heeft het ministerie van VWS een gemiddelde nominale premie berekend en wordt de hoogte van de inkomensafhankelijke bijdrage gepubliceerd. Weer volop nieuws dus.

Eigen risico blijft gelijk

Het verplichte eigen risico blijft ook in 2021 ongewijzigd. Gedurende deze kabinetsperiode, dus in principe tot en met verkiezingsjaar 2021, is het verplichte eigen risico bevroren op 385 euro per jaar.

Wel is het zo dat de zorgkosten nog ieder jaar stijgen. Deze stijging kan niet gecompenseerd worden met een stijging van het eigen risico. Daarom moet dit betaald worden uit de inkomensafhankelijke bijdrage en de zorgpremie.

Stijging zorgpremie

Het ministerie van VWS verwacht dat de premie in 2021 met 52 euro op jaarbasis zal stijgen. Dit is dus iets meer dan 4 euro per maand. De stijging is geen verrassing, echter was uitgegaan van een hogere stijging als gevolg van coronacrisis. De stijging komt door de nog steeds stijgende zorgkosten en de dekkingsonderdelen die aan de basisverzekering worden toegevoegd.

Daarnaast speelt ook de aanhoudende onzekerheid rond de coronacrisis een belangrijke rol. In 2020 is er veel meer geld uitgegeven aan kosten voor de intensive care, maar ook aan de continuïteitsregeling; om zorgaanbieders goed draaiende te houden. Aan de andere kant heeft de reguliere zorg voor een groot deel stilgelegen. Ook is per 18 juli 2020 de dekking van de basisverzekering tijdelijk uitgebreid met paramedische herstelzorg voor coronapatiënten.

Tenslotte is nog onzeker of we te maken krijgen met een tweede golf coronabesmettingen. Het is dan ook erg lastig in te schatten wat de gevolgen van corona op de langere termijn zijn. Een ander belangrijk component waar zorgverzekeraars rekening mee houden is de ontwikkeling van de korting op de collectiviteiten. Martin Nuninga, Broking Director bij Aon stelt: “Aon ziet op dit moment in haar portefeuille dat zorgverzekeraars de kortingen veelal gelijk houden, maar hierbij wel steeds meer kijken naar maatwerkafspraken en zorgconsumptie binnen de collectiviteit”.

De overheid maakt een inschatting van de zorgpremie per 2021, maar uiteindelijk zijn het de individuele zorgverzekeraars zelf die de hoogte van de zorgpremie vaststellen. De uiteindelijke premiestijging zal op 12 november helder zijn, dit is de uiterlijke datum waarop zorgverzekeraars de premie moeten publiceren. Ook Aon maakt op deze datum de premies van de Aon Zorgverzekering bekend. De Aon Zorgverzekering is de maatwerkoplossing die Aon haar relaties kan aanbieden.

Collectiviteitskorting blijft in 2021 gehandhaafd

In de Zorgverzekeringswet is geregeld dat zorgverzekeraars collectiviteitskorting mogen geven aan werkgevers. Het oorspronkelijke idee achter zorgcollectiviteiten is dat ze, conform de Zorgverzekeringswet, zouden moeten leiden tot een besparing op zorgkosten.

Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft in 2020 onderzoek gedaan naar de toegevoegde waarde van collectiviteiten. Belangrijk en positief is, dat uit dat onderzoek blijkt dat er inmiddels bij maar liefst 89% van de onderzochte collectiviteiten sprake is van aanvullende, inhoudelijke afspraken. Bij een eerder onderzoek, in 2016, was dat percentage slechts 20%. Dit geeft aan dat steeds meer werkgevers en zorgverzekeraars de waarde inzien van een zorgcollectiviteit met aanvullende, zorginhoudelijke afspraken die in brede zin ook bijdragen aan de vitaliteit van medewerkers.

In 2021 blijft de collectiviteitskorting, evenals in 2020 op 5% voor de basisverzekering. Voor aanvullende pakketten loopt de korting op in uitzonderlijke gevallen op tot 20%. Werkgevers doen er verstandig aan te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn. Martin Nuninga, Broking Director bij Aon stelt “Wij zien een toenemende concurrentie tussen zorgverzekeraars in specifieke segmenten. Het gaat daarbij niet alleen om de korting die verzekeraars bieden, maar juist ook om bijdragen in vitaliteit en gezondheidsprogramma’s.”

Inkomensafhankelijke bijdrage stijgt

Voor het afgelopen zorgseizoen 2020 had het ministerie van VWS de nominale premie te hoog ingeschat: zorgverzekeraars hebben de premie toen lager vastgesteld dan VWS verwachtte.

Voor 2021 heeft het ministerie van VWS het percentage van de inkomensafhankelijke bijdrage hoger vastgesteld dan voor 2020. Dit heeft te maken met de zorgkosten die gemaakt zijn rondom de coronacrisis en de onzekerheid in de nabije toekomst. Het percentage stijgt van 6,70% in 2020 naar 7,00% in 2021. Dit betekent dat werkgevers in 2021 een hoger percentage inkomensafhankelijke bijdrage gaan betalen over het loon van de werknemers dan in 2020 het geval is.

Het belang van een zorgcollectiviteit

Mocht de collectiviteitskorting in de toekomst worden afgeschaft, dan wordt het prijsverschil tussen verschillende basisverzekeringen kleiner.

Gelukkig hebben zorgcollectiviteiten meer te bieden. Met een recent uitgevoerde survey onder zorgverzekerden heeft Aon in kaart gebracht wat een zorgcollectiviteit aantrekkelijk voor werknemers maakt. Een premiekorting bleek belangrijk, maar de wens naar aanvullende pakketten, zoals fysiotherapie en tandverzekering, bleek ook sterk bepalend voor de eind keuze. Daarnaast wordt aanvullende dienstverlening belangrijk gevonden, zoals wachtlijstbemiddeling, de inzet van zorgcoaches en een overzichtelijke online omgeving om zorgzaken te regelen.

Juist als de prijsverschillen kleiner worden, zal de eindklant/werknemer ook naar andere aspecten gaan kijken. Aon helpt werkgevers daarom om maatwerk aan te bieden, zodat een zorgcollectiviteit niet alleen een mooie secundaire arbeidsvoorwaarde is, maar ook écht meerwaarde biedt.

Meer lezen over collectieve zorgverzekeringen, klik hier.