Netherlands

Geen duidelijke voorkeur SER voor onderzochte pensioenvariant

 

Een beschikbare premieregeling met daarbovenop een collectieve buffer om risico’s met andere deelnemers te delen. Naar deze pensioenvariant deed de Sociaal-Economische Raad (SER) onderzoek. Conclusie: de SER is redelijk positief maar spreekt geen duidelijke voorkeur uit.

Persoonlijk pensioen met collectieve risicodeling
De Sociaal-Economische Raad (SER) publiceerde 20 mei 2016 een vervolgrapport over de pensioenvariant die de raad vorig jaar tijdens de Nationale Pensioendialoog in zijn advies aan staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken en Werkgelegenheid presenteerde. In dit advies over de toekomst van ons pensioenstelsel beschreef de SER de pensioenvariant ‘Persoonlijk pensioenvermogen met collectieve risicodeling’.

Wat onderzocht de SER?
Beschikbare premieregelingen zijn als pensioenvariant in opkomst. Toch zit zo’n 80% van de Nederlandse deelnemers nog in een middelloonregeling bij een bedrijfstakpensioenfonds. Het onderzoek van de SER richtte zich met name op deze fondsen. In het onderzoeksrapport probeert de SER een verbinding te leggen tussen de voordelen van een beschikbare premieregeling en die van een uitkeringsovereenkomst, zoals een middelloonregeling.

Hoe werkt deze pensioenvariant?
De pensioenvariant die de SER in zijn rapport beschrijft, bestaat uit een beschikbare premieregeling met daarbovenop een collectieve buffer. Deze buffer zorgt voor meer zekerheid over de uitkering. Elke deelnemer heeft dus een persoonlijke pensioenrekening bij zijn fonds, maar participeert daarnaast in een buffer die het fonds beheert. Bij een goed rendement draagt de deelnemer bij aan de buffer en bij een slecht rendement wordt zijn pensioenrekening aangevuld vanuit de buffer.

Pensioenresultaten
Het Centraal Planbureau (CPB) berekende verschillende pensioenresultaten voor de SER. Ten opzichte van een beschikbare premieregeling zonder buffer is het pensioenresultaat wat lager voor een voorbeelddeelnemer die meehelpt aan de initiële vorming van de buffer. Voor een deelnemer die instroomt als de buffer al is gevormd, is het pensioenresultaat juist wat hoger. In het algemeen zijn deze effecten vrij beperkt te noemen.

Conclusies SER
De SER is redelijk positief over de onderzochte pensioenvariant ‘Persoonlijk pensioen met collectieve risicodeling’, maar spreekt in zijn rapport nog geen duidelijke voorkeur uit. In plaats daarvan gaat de SER een dialoog faciliteren over de uitkomsten van dit onderzoek. Het is dus afwachten waar staatssecretaris Klijnsma mee zal komen in de uitwerkingsnota die ze voor het zomerreces zal publiceren.

Conclusies Aon
Het SER-rapport over de pensioenvariant ‘Persoonlijk pensioen met collectieve risicodeling’ is behoorlijk academisch en daardoor in de praktijk nog moeilijk toepasbaar. De SER maakt geen duidelijke afweging tussen de extra complexiteit door het toevoegen van de collectieve buffer aan de ene kant en de vermeende opbrengsten ervan aan de andere kant. Aon kijkt uit naar de nota over de toekomst van het pensioenstelsel die staatssecretaris Klijnsma voor het zomerreces aan de Tweede Kamer stuurt. Het is afwachten in hoeverre zij het advies van de SER overneemt.

Meer weten?
Wilt u meer informatie over de pensioenvariant in het SER-rapport? Aon vertelt u er graag meer over. Bijvoorbeeld in een gezamenlijke sessie met de ondernemingsraad of de vakbonden, zodat u ontdekt hoe uw sociale partners tegenover deze pensioenvariant staan. Bespreek de mogelijkheden eens met onze adviseur. Download het volledige SER-rapport over deze pensioenvariant.