Netherlands

AOW-leeftijd minder snel omhoog

 

De Eerste kamer heeft op 1 december 2020 het wetsvoorstel verandering koppeling AOW-leeftijd goedgekeurd.

In het pensioenakkoord dat in juni 2019 tussen sociale partners en het kabinet is gesloten, is afgesproken dat de AOW-leeftijd minder snel stijgt dan het geval was. Het is een belangrijk onderdeel in het pensioenakkoord dat nu in wetgeving is verankerd.

Verhoging van de AOW-leeftijd

De ingangsdatum van de AOW-leeftijd was altijd 65 jaar. Het verhogen van de AOW-leeftijd was lange tijd een heikel politiek issue, wat veel bewindspersonen niet aandurfden. De afgelopen jaren is de verhoging van de AOW-leeftijd een aantal keer verschoven. Een overzicht:

  • In 2012 is besloten dat vanaf 2013 de AOW-leeftijd langzaam stijgt. Op basis van de toenmalige wetgeving zou in 2019 de AOW-leeftijd 66 jaar zijn en in 2023 67 jaar.
  • In het Regeerakkoord van eind 2012 is opgenomen dat de regeringspartijen voornemens zijn om de AOW-leeftijd vanaf 2016 versneld te verhogen. Zodat uiteindelijk in 2021 de AOW-leeftijd al 67 jaar was. Daarna stijgt de AOW-leeftijd mee met de gemiddelde levensverwachting.
  • Deze stijging bleek voor veel mensen te snel en niet iedereen kon zich daar financieel goed op voorbereiden. In het pensioenakkoord van 5 juni 2019 is afgesproken dat in 2020 en 2021 de AOW-leeftijd gelijk blijft aan de AOW-leeftijd in 2019, 66 jaar en 4 maanden. Daarna stijgt deze in stappen naar 67 jaar in 2024. Deze wetgeving is in 2019 aangenomen.
  • Vanaf 2025 stijgt de AOW-leeftijd mee met de gemiddelde levensverwachting. Maar minder snel dan in 2012 was beoogd. Ook dit is nu in wetgeving vastgelegd.

De AOW-leeftijd is/wordt volgens onderstaand schema verhoogd.

Jaar AOW-leeftijd
beoogd in 2016
AOW-leeftijd
Vanaf 1 januari 2020
   
2020   
   
66 jaar en 8 maanden
   
66 jaar en 4 maanden
   
2021  
   
67 jaar   
   
66 jaar en 4 maanden   
   
2022
   
67 jaar en 3 maanden   
   
66 jaar en 7 maanden   
   
2023
   
67 jaar en 3 maanden   
   
66 jaar en 10 maanden   
   
2024  
   
67 jaar en 3 maanden   
   
67 jaar  
   
2025 en 2026   
   
 
   
67 jaar

 

Uw eigen pensioenleeftijd kunt u via de site van de SVB opzoeken.

Koppeling AOW-leeftijd aan de levensverwachting

Vóór pensioenakkoord
Vanaf 2024 zou de AOW-leeftijd worden gekoppeld aan de stijging van de levensverwachting. Jaarlijks zou worden bezien of de ontwikkeling van de gemiddelde resterende levensverwachting aanleiding geeft om de AOW-leeftijd met drie maanden te verhogen. Als uit berekeningen zou blijken dat de gemiddelde levensverwachting met 3 maanden stijgt, zal ook de AOW-leeftijd met 3 maanden stijgen. Een verhoging van de AOW-leeftijd wordt minimaal vijf jaar van tevoren aangekondigd. De koppeling van de AOW-leeftijd aan de levensverwachting was 1 op 1 gelijk.

Ná pensioenakkoord
Er is nu afgesproken dat de koppeling tussen de AOW-leeftijd en de stijging van de levensverwachting verandert in 2025. Een stijging van de levensverwachting heeft minder invloed op de stijging van de AOW-leeftijd. Eén jaar langer leven betekent nu acht maanden later AOW. En niet één jaar zoals het geval was. De huidige 1-op-1-koppeling van de AOW- en pensioenrichtleeftijd aan de levensverwachting wordt vervangen door een 2/3-koppeling. Het kabinet is van mening dat daardoor een evenwichtigere verhouding ontstaat tussen winst in levensverwachting en de leeftijd waarop het recht op ouderdomspensioen op grond van de AOW ontstaat. Recent is vastgesteld dat de levensverwachting niet is gestegen waardoor ook in 2026 de AOW-leeftijd op 67 jaar blijft staan.

AOW-leeftijd en het pensioenakkoord

De AOW-leeftijd is een van de zeven hoofdlijnen van het pensioenakkoord. Na bijna tien jaar overleg tussen sociale partners en de overheid is het zover: er ligt een pensioenakkoord voor vernieuwing van het pensioenstelsel in Nederland. De zeven hoofdlijnen van het pensioenakkoord, en de gevolgen die het heeft voor werkgevers, hebben we op een rij gezet.

Bekijk de andere hoofdlijnen