Netherlands

Vooruitblik: wat wijzigt er in 2021 aan uw zorgverzekering?

 

De nominale premie

Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) maakt op Prinsjesdag altijd een schatting bekend van de gemiddelde nominale premie voor het volgende jaar. Voor 2021 schatte het VWS in dat de gemiddelde nominale premie € 1.473 bedraagt. Dat zou een premieverhoging van € 52 op jaarbasis betekenen ten opzichte van 2020; een relatief beperkte verhoging dus.

Inmiddels is bekend dat de grootste verzekeraars gemiddeld een premieverhoging van zo’n
€ 75
per jaar doorvoeren. Dit betekent dat de inschatting van de premieverhoging door VWS dus te laag lijkt te zijn.

Inzet reserves
VWS verwacht dat zorgverzekeraars in 2021 nog € 450 miljoen overreserves zullen inzetten om de premies te dempen. Dit was ook voor 2020 de inschatting van VWS, maar dat is uiteindelijk € 200 miljoen geworden. Gelet op de huidige onzekere omstandigheden zullen zorgverzekeraars ongetwijfeld liever wat extra reserves aanhouden. Daarom lijkt de inschatting van VWS nu ook weer aan de optimistische kant.

Invloed corona op zorgkosten

Hoewel de pandemie nog niet voorbij is en inmiddels een tweede golf laat zien, lijken de gevolgen voor de zorgkosten vooralsnog mee te vallen. In 2020 is er – als gevolg van corona - veel meer geld uitgegeven aan kosten voor de intensive care als gevolg van corona. Ook zijn er veel kosten gemaakt door zorgverzekeraars voor het in stand houden van de continuïteit van zorgvoorzieningen. Aan de andere kant heeft de reguliere zorg voor een groot deel stilgelegen. Voor de kosten die vanuit de basisverzekering worden betaald, lijkt dit redelijk met elkaar in balans te zijn. Dat is de reden dat er geen grote premiestijging wordt verwacht voor 2021.

Herstelzorg COVID-19
Per 18 juli 2020 is tijdelijk paramedische herstelzorg voor coronapatiënten aan het verzekeringspakket toegevoegd. De aanspraak is in eerste instantie voor de duur van 1 jaar toegevoegd aan het basispakket. Deze termijn kan verlengd worden, afhankelijk van het verloop van de coronapandemie. Herstelzorg voor coronapatiënten bevat onder meer inzet van de huisarts, de wijkverpleging en de geestelijke gezondheidszorg.

Collectiviteitskorting

Zorgverzekeraars mogen collectiviteiten korting geven op de premie van de Zorgverzekeringswet (basisverzekering). Vanaf 2020 bedraagt de maximale korting 5%. Het ministerie van VWS heeft al aangekondigd voornemens te zijn de collectiviteitskorting op de basisverzekering per 2023 volledig af te schaffen. Vanuit Aon zullen we de tijd tot 2023 gebruiken om samen met werkgevers en zorgverzekeraars uit te denken wat dit betekent en hoe zorgcollectiviteiten er na 2023 precies uit gaan zien. Temeer daar wij werkgevers een belangrijke rol toedichten bij het werken aan vitaliteit en preventie.

De inkomensafhankelijke bijdrage stijgt in 2021

De inkomensafhankelijke bijdrage (regulier tarief) stijgt met 0,30% naar 7,00%. Deze stijging heeft grotendeels te maken met de verwachting dat de zorguitgaven in 2021 met € 1,3 miljard stijgen ten opzichte van de eerdere raming. Daarom is er ook een stijging van de inkomensafhankelijke bijdrage nodig. Sinds 2014 (7,50%) is het reguliere tarief van de inkomensafhankelijke bijdrage niet meer zo hoog geweest.

Het eigen risico

Het kabinet Rutte III heeft besloten dat de hoogte van het verplichte eigen risico gedurende de kabinetsperiode wordt bevroren op € 385. Dit is in de wet- en regelgeving rondom de Zorgverzekeringswet vastgelegd. Dit betekent dat het verplichte eigen risico in ieder geval tot en met verkiezingsjaar 2021 op € 385 blijft staan.

Vrijwillig eigen risico
Naast het verplichte eigen risico kunnen verzekerden voor een vrijwillig eigen risico kiezen. Hoewel het percentage verzekerden dat kiest voor een vrijwillig eigen risico niet heel erg hoog is, namelijk 13,3% in 2020, groeit dat percentage nog steeds licht. Van de groep verzekerden met een vrijwillig eigen risico in 2020 kiest 75,5% voor het maximale vrijwillige eigen risico van € 500. Verzekerden met het maximale vrijwillige eigen risico betalen in 2020 de eerste € 885 aan eventuele zorgkosten zelf.

Wijzigingen in het verzekeringspakket
Per 2021 blijft het verzekeringspakket van de Zorgverzekeringswet grotendeels gelijk. Op enkele details worden er aanpassingen doorgevoerd:

  • De aanspraak op gesuperviseerde oefentherapie bij chronic obstructive pulmonary disease (COPD) voor patiënten in klasse B met een hoge ziektelast en beperkte fysieke capaciteit wordt gelijkgesteld aan die voor patiënten in klasse C en D. Het gaat om ongeveer 2.400 patiënten die geen of nauwelijks longaanvallen krijgen, maar wel een hoge ziektelast hebben en een beperkte fysieke capaciteit. Daarom hebben zij meer behandelingen nodig dan nu worden vergoed.
  • In verband met de overheveling van geneeskundige zorg voor specifieke patiëntgroepen (GZSP) naar de Zorgverzekeringswet wordt het vervoer van en naar dagbehandeling aan het basispakket toegevoegd.
  • Zorg die direct verband houdt met donatie bij leven komt buiten het verplichte eigen risico van de donor te vallen.
  • De zorgverzekeraar kan zorgaanbieders aanwijzen waarvan de zorg en overige diensten buiten het verplichte eigen risico vallen. Dit was al zo, maar de tekst van het artikel waarin dit is geregeld was niet helemaal duidelijk en wordt aangepast.
  • De aanvang van de maximale duur van fysiotherapie of oefentherapie ter revalidatie is gepreciseerd. Dit was onduidelijk. De aanvangsdatum wordt -na overleg met betrokken partijen - gesteld op de datum van de eerste behandeling door de fysio- of oefentherapeut.