Netherlands

Zorgsector kan miljoenen besparen op verzuimkosten

 

- Verzuimkosten in de zorgsector lopen verder op
- Kloof tussen verzuimpercentages in de zorgsector en Nederlands gemiddelde wordt groter

Rotterdam, 5 september 2019 - Het totale verzuim in de zorgsector in 2018 komt overeen met zo’n 38.000 fulltime arbeidsplaatsen, dat gezien de gemiddelde deeltijdfactor in de zorg neerkomt op zo’n 59.000 verzuimende medewerkers. De verzuimkosten namen in één jaar tijd met 11% toe naar 2,4 miljard euro. Door dit met slechts 1% terug te dringen, kan de zorgsector ongeveer 390 miljoen euro besparen.

Dat blijkt uit berekeningen van risicoadviseur Aon, die de verzuimcijfers analyseerde van meer dan 1.400 Nederlandse zorginstellingen op basis van de jaarverslagen.

Kloof en de verschillen

Het ziekteverzuimpercentage in de zorgsector (5,6% in 2017 naar 6,1% in 2018) ligt structureel hoger dan het gemiddelde in Nederland (4% in 2017 en 4,3% in 2018). Een verschijnsel dat voorkomt in sectoren waar de emotionele en/of lichamelijke belasting relatief hoog is. De kloof tussen het verzuim in de zorgsector en het Nederlands gemiddelde is in 2018 opnieuw groter geworden. Ook stijgt het verzuim in de zorgsector harder dan in de rest van Nederland.

Verder inzoomend op de zorgsectoren, valt op dat de verzuimpercentages onderling verschillen. Zo spant de deelsector verpleeg-, verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT) de kroon met een gemiddeld verzuimpercentage van 6,8%. De gehandicapten- (6,4%) en de geestelijke gezondheidszorg (6,1%) volgen. De ziekenhuiszorg trekt met 5,2% het gemiddelde flink naar beneden.

38.000 openstaande vacatures

Uit de jaarverslagenanalyse blijkt ook dat er in 2018 38.000 vacatures openstonden in de zorgsector, waarvan 39% gekwalificeerd werd als ‘moeilijk invulbaar’. Dit is een ander belangrijk HR-probleem in de zorg, dat deels samenhangt met de verzuimcijfers. “Verlaging van het ziekteverzuim leidt direct tot een toename van de inzetbaarheid van werknemers en dus verlaging van de verzuimkosten en het aantal vacatures”, zegt Dora Horjus, Managing Director Corporate Wellness bij Aon. “Het is bovendien wrang dat juist in een sector waar het draait om de zorg en gezondheid van anderen, de gezondheid van de eigen medewerkers niet goed genoeg is.”

Focus van verzuim naar vitaliteit

Als het gaat over verzuim, dan ligt de focus meestal op de verzuimende werknemers. Zonde, want volgens Aon moeten zorgorganisaties juist focussen op de 93,9% van het personeelsbestand die (nog) niet verzuimt. Horjus: “In de praktijk blijkt vaak dat veel werknemers al rondlopen met klachten als gevolg van te hoge werkdruk en stress. Met een beleid gericht op vitaliteit met daarin aandacht voor fysieke, emotionele, sociale en financiële gezondheid en de loopbaan van de werknemer focus je als werkgever op duurzame inzetbaarheid. Zo kun je ingrijpen op het moment dat de werknemer begint te wankelen in plaats van pas op het moment dat hij of zij al is omgevallen.”

Investeren in vitaliteit hoeft niet kostbaar te zijn. Aon ziet in de praktijk dat organisaties niet altijd aan de juiste knoppen draaien, gebruik maken van de budgetten die zorgverzekeraars beschikbaar stellen of de aansluiting maken met de arbodienstverlener. Zo is er vaak veel relevante HR-data beschikbaar die niet of onvoldoende wordt ingezet voor het vitaliteitsbeleid. “Een gemiste kans, want op die manier kunnen werkgevers de randvoorwaarden faciliteren waarbinnen werknemers ook zélf medeverantwoordelijk worden voor vitaliteit en inzetbaarheid.”