Netherlands

Grote verschillen tussen algemeen pensioenfondsen

 

Er bestaan grote verschillen tussen de pensioenpremies bij de verschillende algemeen pensioenfondsen (APF’en). Verschillende APF´en presenteerden hun pensioenoplossingen aan de consultants van Aon Hewitt. Met onze kennis begeleiden we u graag bij het maken van de juiste keuze.

Een APF is een pensioenfonds waarbij werkgevers en ondernemingspensioenfondsen zich kunnen aansluiten. Een APF voert pensioenregelingen uit voor één of meerdere collectiviteitskringen of eigen kringen. Binnen een dergelijke kring delen de deelnemers de risico’s met elkaar. De verschillende kringen zijn gescheiden van elkaar. De pensioenbeleggingen van een bepaalde kring worden dus alleen ingezet voor pensioenuitkeringen van de deelnemers aan deze kring. De hoogtes van de pensioenen staan niet vast. Deze worden – afhankelijk van de financiële positie – verhoogd met een toeslag of juist gekort.

Onze expertise
Aon Hewitt heeft kennis van de pensioenoplossingen van de volgende APF´en:

  • STAP, een initiatief van TKP als dochteronderneming van Aegon
  • Centraal Beheer APF
  • Delta Lloyd APF
  • De Nationale APF, een initiatief van AZL en Nationale-Nederlanden IP
  • Het nederlandse pensioenfonds, een initiatief van ASR
  • Volo Pensioen, een initiatief van PGGM
STAP, Centraal Beheer APF en Het nederlandse pensioenfonds hebben een vergunning gekregen van De Nederlandsche Bank om als pensioenfonds te opereren. De laatste drie APF’en verwachten hun vergunning dit najaar te ontvangen.

 

Uw keuze als werkgever
Als u niet onder een verplichtstelling valt of als u een ondernemingspensioenfonds heeft, kunt u kiezen voor een pensioenoplossing van een APF. De zes APF’en bieden in totaal achttien verschillende standaard-pensioenoplossingen. Dit zijn de zogeheten collectiviteitskringen. Heeft uw onderneming voldoende financiële omvang? Dan kunt u ook kiezen voor een eigen kring met uw eigen label. De premieverschillen tussen de APF’en ontstaan met name door de gekozen rentestructuur of rendementsverwachting en door de inrichting van de onderliggende beleggingsstructuur met de gekozen toeslagambitie.

Rentestructuur of rendementsverwachting
Bij een rentestructuur berekent een APF de premie op basis van de risicovrije rente. Een hogere rente betekent een lagere premie. De risicovrije rente ontwikkelende zich de afgelopen 120 maanden als volgt:

De verschillende APF’en berekenen de premie op basis van de gemiddelde risicovrije rente over een bepaalde periode. Deze periodes variëren van 12 maanden tot 120 maanden en daardoor ontstaan grote premieverschillen. De premie kan ook berekend worden aan de hand van de rendementsverwachting, maar ook hieruit ontstaan grote premieverschillen.

Toeslagambitie en risico’s
De meeste pensioenoplossingen van APF’en hebben een toeslagambitie van 25%, 50% of 75% van het consumentenindexcijfer. Hoe hoger de toeslagambitie, hoe risicovoller de pensioenbelegging binnen de gekozen collectiviteitskring. Meer beleggingsrisico vraagt om een hogere kapitaalbuffer om tegenvallers op te vangen. Een hogere toeslagambitie zorgt daardoor voor een hogere premie.

Inzicht en advies
Met onze kennis op gebied van de diverse APF’en bieden we u volledig inzicht in de pensioenoplossingen waaruit u kunt kiezen. Op basis van onze begeleiding en ons advies kunt u een weloverwogen besluit nemen over de toekomstige pensioenen van uw werknemers.