Netherlands

Dekkingsgraden pensioenfondsen houden stand in november

 
  • Dekkingsgraden blijven op niveau
  • Wetsvoorstel pensioenakkoord naar de Raad van State

Rotterdam, 1 december 2021 – De indicatieve gemiddelde dekkingsgraad* van de Nederlandse pensioenfondsen is in november gestabiliseerd op 111%. De aandelen stonden onder druk, maar hielden nog stand. De beleggingsresultaten waren gematigd, maar wel positief. De rente daalde licht. De stijging van de dekkingsgraad in de eerdere maanden van het jaar wordt hiermee vastgehouden. Het wordt spannend wat er de laatste maand van het jaar gaat gebeuren met de toenemende druk op de aandelenmarkten en de oplopende inflatie.

Dit constateert Aon, wereldwijd dienstverlener op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen, die door middel van haar Pensioenthermometer dagelijks de hoogte van de gemiddelde dekkingsgraad bijhoudt.

De indicatieve beleidsdekkingsgraad, gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden, is gestegen van 106% naar 107%. Aangezien deze dekkingsgraad van 107% een gemiddelde betreft, zijn er ook fondsen met een lagere beleidsdekkingsgraad.

Rente gedaald in november, verplichtingen gestegen
In de laatste dagen van november daalde de rente over de hele linie. In een maand tijd daalde per saldo de risicovrije rente over de eerste 40 jaar met gemiddeld 9 basispunten. De verplichtingen stegen hierdoor met 1,4%.

Aandelenmarkten onder druk
In november liep het sentiment op de aandelenmarkten terug. Een sterke toename van het aantal coronabesmettingen en de komst van een nieuwe virusvariant (Omicron) zorgden in Europese landen voor nieuwe maatregelen om de verspreiding van het coronavirus in te dammen. Beleggers maken zich zorgen over de effecten op de economische ontwikkelingen. Dat deden ze ook over de effecten op de wat langere termijn als gevolg van klimaatverandering. COP26, de twee weken durende klimaatveranderingsconferentie, eindigde met een deal om de CO2-uitstoot te verminderen, hoewel er geen maatregelen werden genomen om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graad Celsius en de steenkoolproductie volledig 'uit te faseren'.

Ondertussen groeit de wereldwijde economie sterk. Zo daalde de Amerikaanse werkloosheid verder van 4,8% naar 4,6% en steeg de inflatie op jaarbasis in de VS in het snelste tempo in drie decennia, als gevolg van stijgende energie-, onderdak- en voedselprijzen. De consumentenprijsindex (CPI) steeg met 6,2% in het jaar tot oktober en de kern-CPI, die de volatiele voedsel- en energiekosten buiten beschouwing laat, steeg met 4,6%. Grote vraag is of de inflatie tijdelijk is of langer aanhoudt, waardoor mogelijk meer maatregelen van de Amerikaanse centrale bank Fed kunnen worden verwacht, dan de reeds aangekondigde volledige afbouw van het opkoopprogramma.

Verder tekende de Amerikaanse president Joe Biden een nieuwe infrastructuurwet van $ 1,2 biljoen, inclusief $ 550 miljard uitgaven aan wegen, luchthavens, breedband en andere infrastructuurontwikkelingen. Elders heeft het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden Bidens ambitieuze "Build Back Better" sociale uitgavenpakket ter waarde van $ 1,75 biljoen aangenomen, dat nu goedkeuring nodig heeft van de Senaat.

Op de financiƫle markten daalden aandelen met ongeveer 0,5%; aandelen ontwikkelde markten daalden met 0,5% en aandelen opkomende markten met 1,5%. Verwachte economische vertraging door coronamaatregelen zorgde voor een daling van grondstoffen met 8%, maar vastgoedaandelen stegen met 1,5% vanwege inflatie en een gedaalde rente, net als inflatiegerelateerde obligaties. De gedaalde rente zorgde voor een positief rendement op de vastrentende portefeuille van 2,2%, ondanks negatieve resultaten op high yield (-1,5%) en emd (-2,2%). Op totaalniveau behaalde de portefeuille een resultaat van ongeveer 1,0%.

Indexatie laat nog op zich wachten
Met de gestegen dekkingsgraden is de indexatiediscussie in volle gang. Inmiddels is er een motie ingediend die beoogd om eerder indexeren mogelijk te maken. Het idee is dat fondsen met een beleidsdekkingsgraad vanaf 105% volgend jaar met terugwerkende kracht kunnen indexeren. Staatssecretaris Wiersma heeft aangegeven deze motie te willen uitvoeren, maar legt het oordeel bij de Kamer. Het is de vraag hoeveel fondsen volgend jaar gebruik zullen maken van de mogelijkheid om eerder te indexeren. Het aanwezige geld binnen de fondsen moet straks evenwichtig verdeeld worden. “Pensioenfondsen zijn voorzichtig geworden met beloftes”, zegt Frank Driessen chief executive officer van Aon’s Retirement Solutions. “Ze kijken naar het hele plaatje, ook naar zaken zoals compensatie voor de afschaffing van de doorsneesystematiek en de premie.” Geld uitgegeven aan indexatie kan dan niet meer voor andere doeleinden gebruikt worden. “Toch kunnen wij ons voorstellen dat sommige fondsen wel een stapje zetten volgend jaar om het draagvlak te behouden”, zegt Driessen.

Wetsvoorstel naar Raad van State
Afgelopen week is het wetsvoorstel Toekomst Pensioenen naar de Raad van State gestuurd voor advies. Het is de bedoeling dat het wetsvoorstel komend voorjaar naar de Tweede Kamer gaat. Het wetsvoorstel is inmiddels al beoordeeld door de toezichthouders DNB en AFM. In een brief heeft staatssecretaris Wiersma tevens bekend gemaakt dat de vrijstellingsregeling voor wat betreft kortingen ook in 2022 van toepassing wordt. Dit houdt in dat fondsen alleen hoeven te korten bij een dekking van 90% of lager. “Wij hopen dat de vaart in de behandeling van het wetsvoorstel gehouden wordt en dat de wetgeving daadwerkelijk van kracht wordt per 1 januari 2023”, aldus Driessen. “Het is nodig dat we overgaan naar een toekomstbestendig stelsel en het is van belang dat er nu ook stappen gezet worden.” Om deelnemers uitzicht te kunnen bieden op indexatie en om het draagvlak te behouden, is het van belang verder uitstel van de wet Toekomst Pensioenen te voorkomen.