Netherlands

Kentering in ontwikkeling dekkingsgraden pensioenfondsen

 
  • Stijging rente in combinatie met daling vermogen zorgt voor een daling van de dekkingsgraad na maanden van stijgingen
  • Indicatieve gemiddelde dekkingsgraad nog steeds ongekend hoog
  • Indexatie blijft onderwerp van gesprek

Rotterdam, 1 juli 2022 – De indicatieve* gemiddelde dekkingsgraad van Nederlandse pensioenfondsen is in juni gedaald naar 122%. Het verder stijgen van de rente over juni vertaalt zich in combinatie met afname van de aandelen- en vastrentende waardenportefeuille, in deze daling. De aandelen- en vastrentende waardenportefeuille nam in waarde af en de rentestijging compenseerde de daling van het vermogen gedeeltelijk.

Dat blijkt uit de Pensioenthermometer van Aon (NYSE: AON), wereldwijd professionele dienstverlener op het gebied van risico-, pensioen- en gezondheidsoplossingen, die dagelijks de hoogte van de gemiddelde dekkingsgraad bijhoudt.

De indicatieve beleidsdekkingsgraad, gebaseerd op de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden, steeg in juni naar 115%. Zo komen indexaties in beeld. Met deze hogere dekkingsgraden lijkt de urgentie voor een ander pensioenstelsel ineens veel minder groot.

Portefeuille daalt verder door oplopende rente
Het beleid van de centrale banken domineerde in juni de financiële markten in hun gevecht tegen inflatie. De jaarlijkse inflatie bereikte een recordhoogte in de VS en eurozone met 8,6% en 8,1%. Vorige maand steeg de Amerikaanse beleidsrente nog met 0,5%. In juni werd de markt verrast met een nieuwe renteverhoging van liefst 0,75%, plus de aankondiging dat ook voor juli een rentestap van 0,75% wordt overwogen. Ook de president van de ECB, Christine Lagarde, gaf aan dat de rente in september met 0,50% zou kunnen wordt verhoogd "als de inflatievooruitzichten aanhouden of verslechteren", naast een geplande verhoging van 25 basispunten in juli. De ECB verlaagde tevens haar groeiprognose voor dit jaar tot 2,8% en verhoogde de inflatieprognose tot 6,8% over dezelfde periode.

Ondertussen vertraagde de bedrijvigheid in de grote economieën. De Amerikaanse Purchasing Managers-index (PMI) daalde in juni van 53,6 in mei tot 51,2 in juni. De samengestelde PMI van de eurozone daalde van 54,8 in dezelfde periode naar 51,9.

Verder nam de Europese Unie nog een pakket sancties aan tegen Rusland, waaronder een verbod op olie-aankopen uit Rusland, die goed zijn voor bijna twee derde van de Europese olie-import. Dit verhoogde de druk op energie. Ondertussen besloot de OPEC+ de olieproductie als gevolg van stijgende energieprijzen voor juli en augustus te verhogen.

Voor de financiële markten ontstond in juni een slechte cocktail van recordinflatie en zeer snelle stijging van de rente en verder oplopende spanning in het conflict in Oekraïne, waardoor de kans op een recessie door het sterke ingrijpen van centrale banken steeds waarschijnlijker wordt.

Alle risicovolle beleggingen presteerden slecht. Aandelen ontwikkelde markten daalden ruim 6% en aandelen emerging markets daalden met 4,3%. Ook vastgoed daalde met ongeveer 6%. De oplopende rente en het oplopende kredietrisico zorgden in juni voor negatieve rendementen op bedrijfsobligaties (-3,5% ), high yield (-7,3%) en emerging market debt (-7,3%). De lange rente steeg waardoor de gehele vastrentende portefeuille met meer dan 6% daalde. Op totaalniveau behaalde de portefeuille een negatief rendement van circa 6,2%.

Swaprente gestegen, verplichtingen gedaald
De rente hield de stijgende lijn vast in juni. Over de eerste 40 jaar steeg de rentecurve met ongeveer 28 basispunten. Door de hogere rente zijn de verplichtingen gedaald. Per saldo daalden de verplichtingen met ongeveer 4,7%.

Grote pensioenfondsen besluiten tot indexatie
Afgelopen week hebben PME, ABP en PRWI aangekondigd gebruik te maken van de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) die fondsen ruimte biedt om vanaf 1 juli te indexeren op basis van de versoepelde regels. De indexaties waar nu over besloten is, hebben betrekking op de situatie per 1 januari 2022.

“Wij zien nog aarzeling bij fondsen; ze zijn bang verwachtingen te scheppen”, zegt Frank Driessen, CEO Wealth Solutions, Aon Nederland. “Maar als er één schaap over de dam is, volgen er mogelijk meer. Wij begrijpen ook dat het een moeilijke afweging is. Voor de overgang naar het nieuwe stelsel is ook geld nodig. Aan de andere kant voelen gepensioneerden en werknemers de gevolgen van de hoge inflatie dagelijks in hun portemonnee.”

Voorbereidingen nieuw pensioenstelsel in volle gang
Ondanks het feit dat de behandeling van het wetsvoorstel Toekomst Pensioen tot na de zomer is uitgesteld, zijn de meeste fondsen volop bezig met de voorbereidingen voor de overgang. Diverse partijen hebben al een keuze gemaakt voor een contract. Zo gaan Heineken en Openbare Bibliotheken voor de solidaire premieregeling, waar NN het flexibele contract kiest. Het uitvragen van de risicopreferentie en oriënterende berekeningen zijn zaken waar pensioenfondsen volop mee aan de slag zijn. Driessen: “Pensioenfondsen en sociale partners investeren nu al zo veel tijd en geld in het nieuwe systeem, dat dit mede een reden is om het wel doorgang te laten vinden. Maar de belangrijkste reden is dat wij denken dat het nieuwe stelsel toekomstbestendig is en meer past bij de huidige maatschappij.”

* Aon houdt op dagbasis de dekkingsgraad bij van het geschatte gemiddelde Nederlandse pensioenfonds. Zowel de beleggingsrendementen als de rentetermijnstructuur worden op dagbasis aangepast aan de ontwikkelingen op de financiële markten. Ook geven wij de benodigde dekkingsgraad weer. Samen zegt dit iets over de kwaliteit van de financiële positie van het gemiddelde fonds. Dit geeft een goede indicatie van de ontwikkelingen bij de pensioenfondsen in Nederland. De samenstelling van de pensioenfondsen in Nederland is heel divers. Van hele grote fondsen als het ABP en Pensioenfonds Zorg en Welzijn tot kleine pensioenfondsen met soms maar enkele deelnemers. Aon heeft de samenstelling van het gemiddelde pensioenfonds gebaseerd op door De Nederlandsche Bank (DNB) en andere partijen gepubliceerde karakteristieken. Hier zit een vertraging in, omdat de statistieken altijd een maand achter lopen. De gemiddelde dekkingsgraad van Aon betreft een inschatting van de gemiddelde dekkingsgraad van de Nederlandse pensioenfondsen. Wij gebruiken een prognosemodel. De werkelijke gemiddelde dekkingsgraad kan en zal afwijken van deze inschatting. Voor de werkelijke gemiddelde dekkingsgraad verwijzen wij naar de statistieken van DNB.