Netherlands

Collectiviteitskorting basisverzekering verlaagd

 

De maximale collectiviteitskorting op de basisverzekering daalt in 2020 van 10% naar 5%. Wat betekent deze wijziging voor u als werkgever? En heeft de zorgcollectiviteit eigenlijk nog wel bestaansrecht?

Het oorspronkelijke idee achter zorgcollectiviteiten is dat ze moeten leiden tot een kostenbesparing voor de zorgverzekeraar. Dat kan een besparing zijn vanwege administratieve voordelen van zorgverzekeraars, bijvoorbeeld omdat zij de premie via de werkgever incasseren. Of het kunnen voordelen zijn op het gebied van zorginkoop, omdat verzekeraars specifieke zorg voor een grotere groep voordeliger kunnen inkopen.

In de praktijk blijken er veel collectiviteiten te zijn die alleen gebruikt worden om korting te genereren. Bij dergelijke collectiviteiten is er vaak geen aantoonbare meerwaarde die de korting rechtvaardigt. In politiek Den Haag is daarom een discussie ontstaan over het voortbestaan van de collectiviteitskorting. Minister Bruins van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft vervolgens besloten de Zorgverzekeringswet aan te passen. De maximale collectiviteitskorting die verzekeraars op de basisverzekering mogen geven, wordt in 2020 gehalveerd van 10% naar 5%. De verlaagde maximale korting geldt alleen voor de basisverzekering, dus voor aanvullende pakketten kunnen zorgverzekeraars zelf bepalen hoe hoog de eventuele korting is.

Onderzoek
De minister wil dat een zorgcollectiviteit zorginhoudelijk geladen is. Dat wil zeggen dat de collectiviteit leidt tot een besparing op zorgkosten vanuit de Zorgverzekeringswet. Hij heeft aangekondigd dat hij in 2020 een onderzoek zal instellen naar de zorginhoudelijke lading van collectiviteiten. Vindt de minister dat zorgcollectiviteiten dan ook nog onvoldoende zorginhoudelijk zijn geladen, dan dreigt hij de collectiviteitskorting helemaal af te schaffen.

Gevolgen aanpassing maximale korting
Om collectiviteitskorting te kunnen betalen, berekenen zorgverzekeraars een opslag op de bruto premie van de basisverzekering. Betekent de beperking van de maximale korting dan dat de (bruto) premie met vijf procent zal dalen? Nee, dat is vrijwel zeker niet het geval.

In 2019 werd gemiddeld per betalende verzekerde een opslag voor collectiviteitskorting gerekend van ruim EUR 77 per jaar. De gemiddelde collectiviteitskorting op de basisverzekering in 2019 is bijna 7%. De verwachting is dat de gemiddelde collectiviteitskorting als gevolg van de maatregel zal dalen naar ongeveer 4%. Dit zou betekenen dat de gemiddelde opslag voor collectiviteitskorting naar ongeveer EUR 44 zal dalen.

Voor mensen die individueel verzekerd zijn, betekent de maatregel dus dat de opslag voor collectiviteitskorting – die individueel verzekerden ook betalen – zal dalen. Maar voor collectief verzekerden staat daar tegenover dat hun collectiviteitskorting in veel gevallen daalt naar 5%.

Verzekeraars gaan verschillend om met de verlaging van de maximale collectiviteitskorting. Sommige verzekeraars voeren een halvering door van de in 2019 toegekende korting. Als een werkgever in 2019 bijvoorbeeld 8% korting op de basisverzekering heeft afgedwongen, zullen deze verzekeraars voor 2020 een korting van 4% voorstellen. Andere verzekeraars geven alle werkgevers die in 2019 meer dan 5% korting hadden in 2020 simpelweg 5% korting op de basisverzekering.

Maak onderscheid
De halvering van de collectiviteitskorting maakt het prijsverschil tussen verschillende basisverzekeringen nog kleiner dan het al is. Maar dat biedt ook kansen. Juist als de prijsverschillen kleiner worden, zal de consument ook naar andere aspecten gaan kijken. Het is dan ook zaak om de collectiviteit met nog meer toegevoegde waarde te laden die de doelgroep aanspreekt. En daarnaast kan er op de aanvullende pakketten nog altijd aantrekkelijke korting worden geboden. De maatregel is dus absoluut niet het einde van collectiviteiten. Marktpartijen doen er goed aan het als een signaal te zien om meer onderscheidend te werk te gaan.

Een zorgcollectiviteit gaat verder dan kostenbesparing
De werking van een zorgcollectiviteit gaat volgens Aon veel verder dan alleen het realiseren van een kostenbesparing op de Zorgverzekeringswet. Veel werkgeverscollectiviteiten worden geladen met het doel verzuim en arbeidsongeschiktheid te voorkomen of te verkorten. Daarom bevatten zorgcollectiviteiten, voor zowel werkgevers als maatschappelijke organisaties, afspraken die veel breder zijn, bijvoorbeeld in de aanvullende pakketten. De besparingen die uit dergelijke afspraken voortkomen, zijn niet gekoppeld aan de basisverzekering. Ze vallen daarom buiten de scope van het ministerie van VWS, maar binnen de scope van de relatie die u met Aon en verzekeraars heeft opgebouwd. Als werkgever betaalt u de schadelast van verzuim en arbeidsongeschiktheid immers vrijwel volledig zelf.

Bij het collectief aanbieden van een zorgverzekering is het belangrijk dat u het zorgaanbod positioneert als een integraal onderdeel van uw preventie- en gezondheidsbeleid; niet slechts als een verzekeringsvoordeel voor medewerkers. Zo krijgt de zorgverzekering een strategische rol en haalt u er veel meer uit. Daarnaast draagt het positief bij aan uw employer branding op het gebied van welzijn en biedt u een onderscheidende zorgcollectiviteit aan uw medewerkers aan.

Inrichten, zorginhoudelijk laden en optimaliseren van uw collectiviteit
Aon helpt u graag verder met het inrichten, optimaliseren en positioneren van uw collectiviteit, zodat u nog meer voordeel uit uw zorgcollectiviteit haalt. U vindt op onze website meer informatie over collectieve zorgverzekeringen. Neem voor maatwerkadvies voor uw organisatie contact op met uw accountmanager of consultant van Aon Corporate Wellness.